Conceptnota ‘Herwaardering van de leraar’: vaag en weinig effectief

 


Op 6 december publiceerde minister Weyts de conceptnota ‘Herwaardering van de leraar’. De minister stelt vast dat het lerarentekort steeds acuter wordt en dat de prognoses voor de komende jaren verre van rooskleurig zijn. Daarom wil hij en met hem de Vlaamse regering een reeks maatregelen lanceren.


Het is alleszins een goede zaak dat de regering een plan op korte en middellange termijn heeft. Of de geplande maatregelen hun doel zullen bereiken, daarvan zijn we niet zo zeker.

De minister zet met allerlei maatregelen de voordeur open om mensen naar het onderwijs te lokken, maar hij zegt niet hoe hij zal vermijden dat anderen langs de achterdeur gaan lopen. Welke substantiële maatregelen neemt hij om de mensen die nu in het onderwijs staan te behouden? Wij hebben ze in de conceptnota niet gevonden.

De minister reikt de hand aan personen uit de privé die een carrièreswitch willen maken en naar het onderwijs willen komen. Hij voorziet in allerlei maatregelen – afspraken met de VDAB en met Actiris, een lerarenloket voor wie leraar wil worden, de lerarenopleidingen moeten hun alumni met een gerichte mailing stimuleren hun lerarendiploma in te zetten – maar hij negeert de duizenden leerkrachten die de voorbije jaren het onderwijs binnen de vijf jaar hebben verlaten. Uit hun verhaal had hij kunnen leren welke maatregelen echt nodig zijn. Misschien kan hij – als hij tenminste goed luistert – hen ervan overtuigen terug te komen. Uiteindelijk hebben zij initieel voor het lerarenberoep gekozen. Ze hebben het juiste diploma reeds in handen en beschikken al over enige ervaring.

De minister wil leraars die minstens twee lesuren presteren bovenop hun plage-uren belonen. Hij wil ook dat het gemakkelijker wordt om verlofstelsels tijdelijk op te schorten en weer (voltijds) te komen werken. Hoe realistisch is dit? Ieder uur erbij betekent extra voorbereiding en verbeterwerk. Iedereen kreunt nu al onder de werkdruk en de planlast, zeker in tijden van corona. Bovendien nemen sommige personeelsleden net een verlofstelsel en nemen ze het loonverlies erbij omdat ze hun job anders niet meer op een deftige manier kunnen vervullen.

Meer zij-instromers aantrekken door hen interessantere financiële voorwaarden aan te bieden, is een goed idee. Maar waarom zou je nog onmiddellijk voor het onderwijs kiezen, als je eerst naar de privé kan om meer te verdienen en later alsnog in het onderwijs kan stappen zonder al te veel geldelijke anciënniteit te verliezen? Wij vragen ons af hoe de minister zo generatiestudenten naar de lerarenopleiding wil lokken.

Ook de vaagheid en vrijblijvendheid van bepaalde punten in de conceptnota boezemen geen vertrouwen in: “We bekijken of er instrumenten ter beschikking kunnen worden gesteld om jongeren aan te trekken en te behouden. We vragen om ook te blijven inzetten op goed HR-beleid.”

De minister wil de lesuren/lestijden waarvoor geen leraar wordt gevonden, laten omzetten in punten die men kan inzetten om ondersteuning in de klas aan te werven. Dit is natuurlijk beter dan de uren te laten verloren gaan, maar het zal er wel voor zorgen dat de klassen groter worden en dat is voor ons onaanvaardbaar.

We appreciëren dat de minister en met hem de Vlaamse regering de urgentie van het probleem erkent, maar stellen vast dat de maatregelen die hij voorstelt weinig effectief en niet altijd concreet zijn. Het lerarenberoep weer aantrekkelijk maken, zal alleen lukken als we terugkeren naar de kerntaak van de leraar. We moeten een oplijsting maken van alle taken waarmee de leraar vandaag belast wordt en dan bepalen welke taken bij welk profiel (leraar, opvoeder, zorgcoördinator, administratief medewerker…) horen.

Ook het aanpakken van de planlast zal helpen door het werk voor jong (en oud) aangenamer en draaglijker maken. Op die manier maken we een job als leraar niet alleen aantrekkelijker, maar sluiten we ook de achterdeur waarlangs de voorbije jaren vele duizenden jonge leerkrachten het onderwijs verlaten hebben. Voor de bestrijding van lokaal veroorzaakte planlast zijn centraal vastgelegde en afdwingbare maatregelen wenselijk. Uitgaan van de goede bedoelingen van het lokale niveau, zal ons niet ver brengen.


nancy.libert@acod.be