De zesde staatshervorming heeft gezorgd voor een sterke inperking van onze mogelijkheden om minder te werken. We sommen de overblijvende verlofmogelijkheden op.

1. Het Vlaams zorgkrediet

Het verlof voor zorgkrediet moet aangevraagd worden bij het departement WSE, en heeft als motief zorg en opleiding: 

- Zorg voor een kind tot en met 12 jaar.

- Zorg voor een zwaar ziek gezins- of familielid tot de tweede graad.

- Palliatieve zorgen.

- Zorg voor een kind met een handicap.

- Opleiding. 

De duur van het Vlaams zorgkrediet komt overeen met een equivalent van 18 maanden voltijdse onderbreking. Er gelden drie onderbrekingspercentages: voltijds (18 maanden), halftijds (36 maanden) of 1/5 (90 maanden). Het verlof voor zorgkrediet moet aangevraagd worden in volledige maanden, met een minimum van 3 maanden en een maximum van 12 maanden.

Je bent zelf verantwoordelijk voor het indienen van je verlofaanvraag bij het departement WSE. Zorg er dus voor dat je alle attesten tijdig inlevert.

Je kan de onderbrekingsuitkering niet cumuleren met andere inkomsten, behoudens uitzonderingen. Tevens zijn er regels vastgelegd met betrekking tot de vroegtijdige beëindiging van het verlof. 

(1) alleenwonend of uitsluitend samenwonend met één of meerdere kinderen, van wie minstens 1 ten laste
(2) samenwonend jonger dan 50 jaar

(3) samenwonend ouder dan 50 jaar

2. De federale thematische verloven 

Dit zijn verloven die aangevraagd moeten worden bij de RVA. Ze zijn een recht voor alle statutaire en contractuele personeelsleden. Tijdens deze verloven ontvang je een maandelijkse forfaitaire uitkering van de RVA.

Je bent tijdens je verlof niet in dienstactiviteit, tenzij de raad hierover anders beslist. De periodes worden in aanmerking genomen voor de berekening van de anciënniteiten en worden eveneens beschouwd als een gelijkgestelde periode voor het pensioen. Maar ze tellen niet mee voor de berekening van de jaarlijkse vakantie en het ziektekrediet, behalve als de raad dit zou vaststellen. 

■ Ouderschapsverlof 

Het ouderschapsverlof geeft je het recht om je loopbaan te onderbreken of te verminderen met het oog op de opvoeding van jonge kinderen, namelijk tot het kind 12 jaar wordt, of 21 jaar in geval van een fysieke of mentale ongeschiktheid.

De duur van het ouderschapsverlof komt overeen met een equivalent van 4 maanden voltijdse onderbreking. Er gelden 3 onderbrekingspercentages: 

- Voltijds: 4 maanden, te nemen in periodes van minstens 1 maand.

- Halftijds: 8 maanden, te nemen in periodes van minstens 2 maanden.

- 1/5: 20 maanden, te nemen in periodes van minstens 5 maanden. 

■ Palliatief verlof

Palliatief verlof geeft je het recht om je loopbaan te onderbreken of te verminderen om palliatieve zorgen te verstrekken.

De duur van het palliatief verlof bedraagt 1 maand, verlengbaar met 1 maand. Dit geldt zowel voor voltijds als deeltijds (1/2 of 1/5) verlof. 

■ Verlof voor medische bijstand 

Het verlof voor medische bijstand geeft je het recht om je loopbaan te onderbreken of te verminderen om bijstand te verlenen aan een gezinslid of een familielid tot de tweede graad, dat lijdt aan een zware ziekte. Een bijzondere situatie hierbij is het verlof voor de hospitalisatie van een minderjarig kind.

De duur van het verlof is verschillend al naargelang je het voltijds of deeltijds neemt: 

- Voltijds verlof voor medische bijstand is mogelijk tot maximaal 12 maanden, te nemen in periodes van minimaal 1 maand en maximaal 3 maanden.

- Deeltijds verlof voor medische bijstand (1/2 of 1/5) is mogelijk tot maximaal 24 maanden, te nemen in periodes van minimaal 1 maand en maximaal 3 maanden. In geval van hospitalisatie van een minderjarig kind, kan je je prestaties volledig schorsen gedurende 1 week, verlengbaar met 1 week. 

Je bent zelf verantwoordelijk voor het indienen van je verlofaanvraag bij de RVA. Zorg er dus voor dat je alle attesten tijdig inlevert.

Je kan de onderbrekingsuitkering niet cumuleren met andere inkomsten, behoudens uitzonderingen. Er zijn regels vastgelegd met betrekking tot de vroegtijdige beëindiging, de ontslagbescherming, een aangepaste arbeidsregeling na het verlof of overgangsmaatregelen. 

(1) jonger dan 50 jaar

(2) 50 jaar of ouder

(3) alleenwonende werknemer, jonger dan 50 jaar, en zonder kinderen ten laste

(4) alleenwonende werknemer, jonger dan 50 jaar, met één of meerdere kinderen ten laste

3. Het onbetaald verlof als recht en als gunst 

Elk personeelslid heeft recht op 12 maanden voltijds onbetaald verlof, en vanaf 55 jaar nogmaals 12 maanden, op te nemen in periodes van minstens 1 maand. Er is ook een recht op 60 maanden deeltijds onbetaald verlof (1/2 of 1/5) en een onbeperkt recht vanaf 55 jaar.

Tot slot is er ook nog ambtshalve onbetaald verlof voor mandaathouders, tijdelijke aanstellingen of proeftijd. Het onbetaald verlof als recht wordt gelijkgesteld met dienstactiviteit. Het bestuur kan een gunstigere regeling uitwerken.

Het onbetaald verlof als gunst geldt voor minimaal 20 dagen per jaar of voor minimaal 2 jaar tijdens de loopbaan. Het wordt niet gelijkgesteld met dienstactiviteit, tenzij het om deeltijds verlof gaat of minder dan een maand betreft. Het bestuur kan een gunstigere regeling uitwerken. Er zijn regels vastgelegd met betrekking tot de vroegtijdige beëindiging van het onbetaald verlof. 

Willy Van den Berghe