Het spoorwegpersoneel onderneemt elke dag

Nieuws dinsdag 17 juni 2025

 


Heb je ook dat gevoel dat de perceptie leeft dat enkel ondernemers voor welvaart zorgen en onze samenleving vormgeven? Dat de beeldvorming over ambtenaren – en bij uitbreiding het spoorwegpersoneel – nog altijd lijkt op een aflevering van De Collega’s, met Jomme Dockx als karikatuur van de ambtenaar die werkt met een kaartenbak en vooral de minuten aftelt op de prikklok? ACOD Spoor is dat grondig beu. Daarom deze stelling: het spoorwegpersoneel onderneemt elke dag. Dat geldt trouwens niet alleen voor ons, maar voor het volledige ambtenarenkorps.


Eerlijk? Wij zien een ondernemer die in zijn vrije tijd een voetbalclub probeert te runnen, of een professor arbeidseconomie die voor een krant ook nog eens biefstuk met frieten recenseert níet om twee uur ’s nachts opstaan om het werkende volk veilig van en naar het werk te brengen. Dit betekent bovendien dat er de avond voordien geen glas te veel mag worden gedronken. Die verantwoordelijkheid als rijdend personeel reikt verder dan de job: ze bepaalt ook het persoonlijke leven. Geen netwerkrecepties bij VOKA, maar discipline en inzet, elke dag opnieuw.

Initiatief en discipline


Het personeel in de seinzaal weet ook dat een uitbundig feestje de avond voordien onverenigbaar is met een job die maximale focus en concentratie vraagt. De baanploegen trekken er elke dag op uit, ongeacht regen of sneeuw. Geen knus kantoor met koffiehoek en comfortabel toilet voor hen. De expertise van onze technici – in materieel en infrastructuur – is uniek en onvervangbaar. Al die uiteenlopende specialiteiten worden gecoördineerd door HR- en planning-diensten die een complexiteit beheersen waarvoor men in de privé vaak terugschrikt.

Deze mensen ondernemen elke dag in de praktijk: ze nemen initiatief, dragen verantwoordelijkheid, beheersen risico’s en vinden oplossingen. Zonder hun dagelijkse inzet valt de hele spoororganisatie stil. En dat in een onwerkbare, driedelige spoorstructuur. Opvallende vaststelling: de kranten staan vol met problemen bij het spoor, maar op de kwaliteitsbarometers die bij reizigers worden afgenomen, blijft het personeel hoog scoren.


Geheugenverlies over solidariteit


Het volk draagt de crisissen, de winsten gaan naar wie het volk miskent. Het lijkt wel alsof de covidperiode door bepaalde politieke strekkingen uit het collectieve geheugen werd gewist. Terwijl zorgpersoneel en operationele openbare diensten het land overeind hielden tijdens een van de grootste naoorlogse crisissen, werden ondernemers in de privésector – inclusief multinationals en multimiljonairs – overladen met financiële steun om te overleven. Het spoorwegpersoneel verzekerde ondertussen een treindienst van nationaal belang, zodat essentiële sectoren konden blijven draaien. Sindsdien zijn we van applaus naar besparingen gegaan.

Niet te vergeten: de financiële crisis en de opgelegde indexsprongen – die we collectief nog altijd afbetalen en die een blijvend effect hebben op ons loon en pensioen – waren rechtstreeks het gevolg van een winsthonger die bij ‘ondernemers’ niet te stillen bleek, dezelfde ondernemers die zich afkeren van sociale correcties en publieke diensten. Ook dat stukje geschiedenis lijkt handig te zijn verdrongen. Ondernemerslobby’s hebben de crisis aangegrepen om sociale correcties te verzwakken en publieke diensten onder druk te zetten. ChatGPT zou het nochtans haarfijn kunnen reconstrueren…


Pensioenhervorming: afbraak van erkenning


Toch staat het ondernemerschap in de publieke sector vandaag zwaar onder druk. Niet door een gebrek aan inzet, maar door beleidskeuzes die opgebouwde rechten uithollen. Het regeerakkoord voorziet voor het spoor in:

  • de afschaffing van de preferentiële tantièmes (1/55, of 1/48 voor het rijdend personeel)
  • de neutralisering van de verhogingscoëfficiënt
  • het optrekken van de pensioenleeftijd.


Voor velen is dat optrekken van de pensioenleeftijd simpelweg onhaalbaar, zeker met de huidige overgangsmaatregelen voor het spoorwegpersoneel. HR Rail gaf zelf al toe dat de overgangsregeling in de praktijk ‘vrijwel onhaalbaar’ is.

De zwaarte van operationele beroepen –shiften, rijdend personeel, werken in weer en wind – is nochtans goed gedocumenteerd. Onregelmatige uurroosters, nacht- en weekenddiensten, structureel personeelstekort, gemiste recuperatie, zware mentale en fysieke arbeid… ze eisen allemaal hun tol. Studies tonen aan dat onregelmatig werk de levensverwachting met tot vijf jaar verkort (Statbel 2019, OESO 2022).

De pensioenhervorming houdt geen enkele rekening met deze realiteit. De ideologische kortzichtigheid is onmiskenbaar het resultaat van de vele onderonsjes bij VOKA en VBO – de vakbonden van de werkgevers.

Het spoorwegpersoneel onderneemt elke dag. Dat doet het met verantwoordelijkheid, vakmanschap en discipline, vaak ten koste van privéleven en gezondheid. Maar erkenning blijft uit en wat rest zijn hervormingen die rechten afbreken en de werkdruk voort verhogen door de zoveelste reorganisatie.

Tegelijk verwijzen beleidsmakers graag naar de productiviteit van Scandinavische landen. Wat ze er niet bij vertellen: daar gaat hogere productiviteit samen met een betere werk-levensbalans, kortere werkweken, meer autonomie en een sterke sociale bescherming. Daar ligt de sleutel, niet in het oprekken van pensioenleeftijden of het uithollen van opgebouwde rechten. Onze rode draad is duidelijk: werkbaar werk moet centraal staan. De samenleving moet we kiezen voor een spoor dat mensen toelaat hun job met fierheid en inzet te vervullen, zonder kapot te gaan vooraleer ze van hun pensioen kunnen genieten.

 

Günther Blauwens