Studie: ‘Indicatoren over het lerarentekort’

Nieuws maandag 22 september 2025

 


In juli verscheen de nota ‘Indicatoren over het lerarentekort’. Hierin brengt het departement Onderwijs en Vorming op vraag van minister Demir de belangrijkste beschikbare indicatoren in kaart. Wat leert die?

Men onderscheidt kwantitatieve en kwalitatieve indicatoren.

De kwantitatieve zijn:

  • de spanningsindicator, nl. de verhouding tussen het aantal werkzoekenden en het aantal beschikbare vacatures
  • de niet-aangewende lestijden
  • de niet-ingevulde vervangingen t.o.v. de ingevulde vervangingen.


De kwalitatieve indicatoren zijn:

  • het aantal vast benoemde leraren met het vereist bekwaamheidsbewijs (zie kader) t.a.v. totale aantal vast benoemden
  • het aantal tijdelijke leraren in een niet-vacante (zie kader) betrekking met ander bekwaamheidsbewijs t.a.v. het totale aantal tijdelijke leraren in een niet-vacante betrekking
  • het aantal tijdelijke leraren in een vacante betrekking met ander bekwaamheidsbewijs t.a.v. het totale aantal tijdelijke leraren in een vacante betrekking.

 


Kwantitatieve trends


De spanningsindicator is in Vlaanderen voor alle beroepen tussen 2017 en 2025 sterk gedaald, wat betekent dat het steeds moeilijker wordt voldoende personeel te vinden. Voor het lerarenberoep is de daling echter nog iets sterker. Voor leerkracht secundair onderwijs, bijvoorbeeld, is de spanningsratio in die periode gedaald van 9 naar 1.

De indicator ‘niet-aangewende lestijden’ heeft betrekking op organieke betrekkingen die niet ingevuld geraken en zegt veel over het structureel lerarentekort. Op 1 februari ging het in het basisonderwijs over 292 voltijdse betrekkingen, in het secundair onderwijs over 608. Het is mogelijk dat scholen om een of andere reden zelf beslissen een betrekking niet in te vullen, maar de onderzoekers menen – ons inziens terecht – dat dit eerder uitzonderlijk gebeurt.

De indicator ‘niet-ingevulde vervangingen’ gaat over dienstonderbrekingen die recht geven op vervanging – afwezigheid wegens ziekte van meer dan tien dagen, zwangerschapsverlof, ouderschapsverlof… – maar waarvoor geen vervanger wordt aangesteld. Ook hier: de onderzoekers sluiten niet uit dat scholen om een of andere reden zelf beslissen geen vervanger aan te stellen, maar ze menen tevens dat dit eerder uitzonderlijk het geval is.


Kwalitatieve indicatoren en bekwaamheidsbewijzen


Het onderzoekt toont aan dat het percentage leerkrachten met een vereist bekwaamheidsbewijs licht daalt in het gewoon lager en secundair onderwijs. In het secundair onderwijs daalt het met vier procentpunten, in het kleuter- en lager onderwijs met telkens twee procentpunten. De daling is in belangrijke mate toe te schijven aan de tijdelijke personeelsleden.

Er is ook een duidelijk aantoonbare stijging van het aandeel leraren met een ander bekwaamheidsbewijs. Dit is een belangrijke indicator, want aanstellingen met een ander bekwaamheidsbewijs zijn in principe uitzonderingsmaatregelen die men neemt bij gebrek aan gekwalificeerd personeel. De stijging kan evenwel deels te verklaren zijn door de toename van het aantal zij-instromers die hun getuigschrift van pedagogische bekwaamheid nog moeten behalen en dus sowieso geen vereist of voldoende geacht bekwaamheidsbewijs kunnen hebben.


Wat vinden wij daarvan?


Wat wij al lang wisten, staat nu zwart op wit op papier. Duizenden jobs in het onderwijs worden niet ingevuld met als gevolg grotere klassen, leerkrachten die overbelast zijn door de vervangingen en het overwerk, leerlingen die niet de nodige lessen krijgen, jongeren met specifieke noden die in de kou blijven staan, kinderen die geen school vinden of uren op de bus of de trein zitten…

Hoe zou het toch komen dat de kwaliteit van ons onderwijs achteruitgaat? Kwaliteit kan je alleen maar verkrijgen als elk kind een plaats vindt in een school en er een bekwame leerkracht voor de klas staat. Als men hier niet op inzet, dan kan je alle andere maatregelen omschrijven als ‘randanimatie’.

 

Het volledige rapport kan je terugvinden op onze website (www.acodonderwijs.be/indicatoren).

 

nancy.libert@acod.be