Welzijn op het werk

Nieuws dinsdag 2 december 2008

Telewerk en arbeidsongevallen

Veel personeelsleden zijn vragende partij om te kunnen of mogen telewerken. Telewerk is niet alleen een middel om de organisatie te moderniseren, maar geeft ook aan de medewerkers de mogelijkheid om hun werk en privéleven beter op elkaar af te stemmen. Door de Vlaamse overheid werd een indicatief kader uitgewerkt, grotendeels geïnspireerd op cao nr. 85 die de hoofdbeginselen van het telewerk regelt in de private sector.

CAO nr. 85 bis

Op 27 februari 2008 hebben de sociale partners in de Nationale Arbeidsraad de collectieve arbeidsovereenkomst nr. 85 bis gesloten. Deze cao voorziet specifieke bepalingen over de problematiek van de arbeidsongevallen tijdens de uitvoering van telewerk. Wanneer de telewerker het slachtoffer is van een ongeval, kan het wel eens moeilijk zijn om de arbeids- en privésituatie van elkaar te onderscheiden. Dit is zeker het geval wanneer het telewerk in de woning van de telewerker wordt verricht. In de telewerkovereenkomst moet verplicht de plaats van het telewerk worden vermeld. Ook de periode wanneer het telewerk wordt verricht, kan worden vermeld maar dit is niet verplicht.

Waar en wanneer

Als zich een ongeval voordoet op de plaats(en) opgenomen in de overeenkomst, dan wordt dat geacht een arbeidsongeval te zijn. Doet het ongeval zich echter buiten het in de overeenkomst bedoelde lokaal of lokalen voor, dan dient de telewerker het bewijs te leveren dat het ongeval gebeurde tijdens en door het feit van de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst.
Het ongeval wordt geacht een arbeidsongeval te zijn als het gebeurt:
- ofwel tijdens de periode die overeengekomen is als periode waarbinnen het telewerk wordt verricht
- ofwel wanneer er geen vermelding is over die periode in de overeenkomst, tijdens de werkuren die de telewerker zou moeten presteren indien hij in de lokalen van de werkgever zou werken.
De telewerker moet het bewijs leveren dat het ongeval zich voordeed tijdens en door het feit van de uitvoering van zijn arbeidsovereenkomst wanneer het ongeval gebeurt:
- ofwel buiten de periode die overeengekomen is als periode waarbinnen het telewerk wordt verricht
- ofwel wanneer er geen vermelding is over die periode in de overeenkomst, buiten de werkuren die de telewerker zou moeten presteren indien hij in de lokalen van de werkgever zou werken.

Overheidssector

In de omzendbrief PEBE/DVO/2006/9 van de Vlaamse overheid werd een richtgevend kader uitgewerkt voor het telewerk. Daarin is ook voorzien dat de arbeidsongevallenreglementering waaronder de werkgever ressorteert, van toepassing blijft bij telewerk. Dit zegt echter niets over de specifieke bepalingen zoals voorzien in de cao nr. 85 bis. Aan de toenmalige Vlaamse minister van Bestuurszaken Geert Bourgeois had ACOD dan ook gevraagd om de bepalingen van cao nr. 85 bis te transponeren naar de Vlaamse publieke sector.
Door de afdeling Regelgeving werd aan de federale overheid gevraagd of naar aanleiding van de wijziging van de wet van 10 april 1971, ook de arbeidsongevallenreglementering van de overheidssector moest worden aangepast. De federale overheid antwoordde dat de wet van 3 juli 1967 geen wijziging behoeft vanwege een andere filosofie over telewerk in de overheidssector. De Vlaamse overheid heeft vervolgens het standpunt van de federale overheid bijgetreden. De facilitering van de bewijslast in het voordeel van de telewerkers geldt dus niet voor de overheidssector.