Tijd om De Lijn terug op het juiste traject te krijgen

 


Het is onbegrijpelijk dat de vele, terechte stakingsdagen van de voorbije jaren bij De Lijn nog geen belletje hebben doen rinkelen bij de raad van bestuur en de Vlaamse regering. Ze wijzen er nochtans op dat er iets schort aan de manier waarop de directie het openbaar vervoersbedrijf leidt.


De directie is totaal niet geïnteresseerd in onderhandelingen met de vakbonden. Hun bonussen blijven immers behouden, sociale vrede of niet. Misschien een tip: laat de bonussen en variabele wedden afhangen van het aantal stakingsdagen. Mogelijk zou dit de motivatie en betrokkenheid van de directieleden verhogen.

Ook de Vlaamse regering heeft trouwens boter op het hoofd. In plaats van in te zetten op duurzame investeringen in het openbaar vervoer en werk te maken van een ‘maximale dienstverlening’, duwde ze ruwweg een ‘minimale dienstverlening’ door de strot van het personeel. Op die manier kan ze het etterende conflict tussen directie en personeel van De Lijn negeren, want de reiziger kan toch rekenen op een minimumaanbod van vervoer op stakingsdagen.

Intussen blijven de problemen bij De Lijn zich verder ophopen.

  1. Het personeel van De Lijn is tijdens het voorbije coronajaar aan de slag gebleven in zeer moeilijke werkomstandigheden. Een bedankje zou welkom zijn, maar blijkbaar kan er niet meer van af dan een stuk chocolade! Zelfs een bestaand budget van twee maal 50 euro per personeelslid, voorzien voor teambuildings in 2021 mag er niet voor gebruikt worden.
  2. De reorganisatie DL2020 heeft alleen maar geleid tot ontevredenheid bij het personeel. Met als gevolg dat De Lijn veel van haar personeel ziet uitvallen door ziekte.
  3. Alle adviezen vanuit het personeel die gegeven worden in de ondernemingsraad worden gewoon genegeerd en alle veiligheidsaspecten via het CPBW worden steeds voor zich uitgeschoven.
  4. De collega’s van de belbuscentrale en het leerlingenvervoer worden eigenlijk letterlijk bij het huisvuil gezet in plaats van ze te integreren in andere diensten. Het gaat hier over de sluiting van een bedrijfstak en de vakbonden vragen via sociaal overleg op plaatselijk niveau naar individuele oplossingen te zoeken. De directie weigert dit systematisch en geeft weinig tot geen antwoorden, zelfs niet op nationaal niveau.
  5. De werkdruk bij de medewerkers van de personeelsplanning ligt veel te hoog. Bovendien wordt deze dienst niet meer aangestuurd vanuit Mechelen, wat oorspronkelijk wel de bedoeling was van de cao DL2020, maar terug op plaatselijk niveau. De ACOD vraagt al maanden overleg hierrond, maar we wachten nog steeds op een uitnodiging.
  6. Telewerk in coronatijden wordt als een gunst beschouwd en bovendien wil de directie met bepaalde personeelcategorieën een addendum onderhandelen dat bepaalt dat kosten voortvloeiend uit thuiswerk deel uitmaken van het basisloon. Geen extra vergoeding dus!
  7. De collega’s van de technische diensten vragen in eerste instantie betere werkomstandigheden. Zij hebben enkele weken geleden gedreigd het werk neer te leggen omdat ze niet aan hun veiligheidskledij geraakten. Men kan zich ernstige vragen stellen als de huidige directie er nog zelfs niet in slaagt om voor alle personeelsleden de basiskledij te leveren.
  8. Het wagenpark van De Lijn is nog nooit in zo een slechte staat geweest. Daarvoor hebben we al meermaals actie gevoerd aangezien dit in het belang van zowel personeel als reizigers is.
  9. Het wordt hoog tijd dat zowel de regering als de raad van bestuur bij De Lijn eindelijk eens werk maakt om de gratuite bonussen aan banden te leggen bij het management van De Lijn.

 

ACOD TBM hoopt dat de regering stopt met oplossingen te zoeken voor een minimale dienstverlening. Ze moet de opdracht geven aan de directie om samen met de vakbonden tot een maximale dienstverlening te komen waarop de reiziger recht heeft.

De Vlaamse regering moet ook een klimaat creëren waarin sociaal overleg aangemoedigd wordt en in de budgetten voorzien om succesvol openbaar vervoer in Vlaanderen mogelijk te maken met werkomstandigheden en -voorwaarden die voor het personeel aanvaardbaar zijn.

 

Stan Reusen